Gisteren was het precies een jaar geleden dat de president van Tunesië zijn land ontvluchtte vanwege de aldaar uitgebroken Jasmijnrevolutie. Met het opstappen van Zine al-Abidine Ben Ali werd een domino-effect in gang gezet. President Hosni Mubarak moest in februari 2011 het veld ruimen. Kolonel Khadaffi hield het langer vol; zijn einde kwam in oktober van het vorig jaar. In Jemen trad president Ali Abdullah Saleh, na eerdere toezeggingen, uiteindelijk op 23 november 2011 af. In Syrië probeert het regime te overleven door met militaire inzet keihard op te treden. In andere landen is het protest tot zwijgen gebracht door geweld (Bahrein) of door de aankondiging van hervormingen, kabinetswisselingen, of andere concessies. (Marokko, Jordanië, Saoedi-Arabië).
'Arabische Lente', wat is dat?
Sommigen beweren dat de 'Arabische Lente' voorbij is. Een snikhete zomer, een stormachtige herfst of een koude winter, dat zou de huidige toestand zijn. De euforie over dictators die in snel tempo van hun voetstuk vallen is inderdaad voorbij en zo bezien is de 'lente' inderdaad voorbij. Het is maar net wat je verstaat onder de betekenis van het begrip 'lente' in dit kader, op welk land dit begrip van toepassing is en welke termijn in acht wordt genomen. Feit is dat er kleine, middelgrote en grootschalige protesten plaats hadden of nog steeds plaatsvinden, met wisselend resultaat. Daarbij is het ook de vraag wat er precies onder resultaat moet worden verstaan. Is het dan, de beeldspraak volgend, 'herfst' in Egypte? Dan zal het wel 'winter' in Syrië zijn? Allicht, maar de 'seizoenen' wisselen en het gevaar van voorbarig conclusies trekken ligt hier nadrukkelijk op de loer. Is de roep om verbetering van de leefomstandigheden en hervormingen middels protesten in de Arabische wereld voorbij? Dat lijkt me niet. In Syrië in ieder geval niet. Daar gaan nog dagelijks moedige burgers de straat op om iets van die 'lente' te maken.
Wat is de stand van zaken?
Het is, kortom, veel te gemakkelijk om, met de 'Arabische Lente' als toverformule in de hand, per land te oordelen of deze al dan niet is geslaagd. De ene Arabische natie is de andere niet. Ieder land kent zo z'n eigen structuur, geschiedenis, cultuur, etc. en het proces van hervormingen zal per land dan ook verschillend zijn. Het is hierbij van belang om verder te kijken dan de optische overeenkomst van (verdwenen) dictators die moe(s)ten dealen met een ontevreden (jonge) bevolking. Een klein rondje 'langs de velden':
In Tunesië, waar de 'Arabische Lente' in feite begon, tekende zich min of meer een droomscenario af. Een dictator die relatief snel z'n biezen pakte, vrije verkiezingen in oktober 2011 en tot op heden relatieve rust. Het is te hopen dat de prille democratie meer vaste grond onder de voeten krijgt.
Egypte: als het fenomeen 'Arabische Lente' achterwege zou zijn gebleven zou het land vroeger of later het zoveelste voorbeeld van erfelijk presidentschap zijn geweest. Zover is het niet gekomen. Op 25 januari 2011 begon in 2011 het protest, resulterend in het aftreden van Hosni Mubarak op 11 februari 2011. Het blijft jammer dat Mohammed El-Baradei, voormalig hoofd van het Internationaal Atoomenergie Agentschap, niet zijn 'Boris Jeltsin-moment' heeft gekozen. In mijn optiek had hij tijdens het protest, of na de val van het Mubarak-regime, op een tank moeten gaan staan en zich de rol van interim-premier moeten toe-eigenen. Zodoende had hij een signaal naar het leger kunnen afgeven dat hij een (machts)factor was om rekening mee te houden. Hij deed het niet en is zelfs geen presidentskandidaat meer. Voorlopig heeft in Egypte het leger gewonnen.
In Libië kende het protest een langere weg. Hier manifesteerde zich duidelijk de eigenheid van Libie, als een verzameling van stammen die samen Libië vormen. Op 15 februari 2011 begonnen de protesten, met als gevolg een langdurige strijd waarbij Khadaffi op 20 oktober 2011 aan zijn einde kwam. Tot nu toe is Libië het enige land waar een internationale militaire interventie plaatsvond om de burgerbevolking te beschermen. Het is nu te hopen dat de rust definitief terugkeert en dat men het land weer gaat opbouwen. Libië heeft, met haar olierijkdom, het klimaat en maar zes miljoen inwoners, alles in zich om een tweede Koeweit te worden.
In Marokko, Algerije, Mauretanië, Jordanië, Libanon, Irak, Koeweit, Oman en Saoedi-Arabië hebben zich kleinschalige protesten voorgedaan of zijn grootschalige protesten beperkt geweest. De reactie op de protesten was in deze landen. In Jordanië werd de regering gewijzigd. In Marokko zijn toezeggingen voor verdere hervormingen gedaan. In Saoedi-Arabië werden economische en maatschappelijke hervormingen toegezegd. De vraag is of dit voor de langere termijn voldoende blijkt.
In Jemen duurt de onrust nog voort. Er zijn wel verkiezingen op komst. Ik hoop dat Tawakkul Karman, onderscheiden met de Nobelprijs voor de Vrede, een blijvende en positieve rol mag blijven vervullen!
Syrië blijft het toneel van grootschalige protesten waarbij het regime alles op alles zet om deze protesten keihard neer te slaan. Over hoeveel doden er inmiddels zijn gevallen verschillen de meningen. De waarnemers die de Arabische Liga naar Syrië heeft gezonden zorgen vooralsnog niet voor het juiste effect. Het sluwe regime van Assad kan zich vooralsnog nog steeds staande houden. Voor het verdere verloop van de ernstige ongeregeldheden zijn een paar opties mogelijk. De interne onrust of verdeeldheid kan leiden tot steeds meer overlopers met hun middelen, waardoor het regime dan toch ten val komt. Een paleiscoup mag ook niet worden uitgesloten. Een militaire interventie zoals in Libië zou op beperkte schaal ook mogelijk zijn. Tenslotte is de houding van Israël van groot belang als het regime-Assad of de opstandelingen de Golan-hoogte voor hun doeleinden willen gebruiken.
Tenslotte is het wachten op protesten, gericht tegen het Hamas-regime, in de Gaza-strook, met eveneens een jonge bevolking en een hoge werkloosheid. Voorlopig wordt daar de aanwezigheid van de 'gemeenschappelijke vijand' - Israël - door het Hamas-regime handig uitgespeeld.
Voor Syrië wordt 2012 het jaar van de waarheid, maar dat geldt ook voor de andere landen in de regio. Voor een eindoordeel over de 'Arabische Lente' is het nog veel te vroeg.
Bron: www.nieuwsbot.nl |
'Arabische Lente', wat is dat?
Sommigen beweren dat de 'Arabische Lente' voorbij is. Een snikhete zomer, een stormachtige herfst of een koude winter, dat zou de huidige toestand zijn. De euforie over dictators die in snel tempo van hun voetstuk vallen is inderdaad voorbij en zo bezien is de 'lente' inderdaad voorbij. Het is maar net wat je verstaat onder de betekenis van het begrip 'lente' in dit kader, op welk land dit begrip van toepassing is en welke termijn in acht wordt genomen. Feit is dat er kleine, middelgrote en grootschalige protesten plaats hadden of nog steeds plaatsvinden, met wisselend resultaat. Daarbij is het ook de vraag wat er precies onder resultaat moet worden verstaan. Is het dan, de beeldspraak volgend, 'herfst' in Egypte? Dan zal het wel 'winter' in Syrië zijn? Allicht, maar de 'seizoenen' wisselen en het gevaar van voorbarig conclusies trekken ligt hier nadrukkelijk op de loer. Is de roep om verbetering van de leefomstandigheden en hervormingen middels protesten in de Arabische wereld voorbij? Dat lijkt me niet. In Syrië in ieder geval niet. Daar gaan nog dagelijks moedige burgers de straat op om iets van die 'lente' te maken.
Wat is de stand van zaken?
Het is, kortom, veel te gemakkelijk om, met de 'Arabische Lente' als toverformule in de hand, per land te oordelen of deze al dan niet is geslaagd. De ene Arabische natie is de andere niet. Ieder land kent zo z'n eigen structuur, geschiedenis, cultuur, etc. en het proces van hervormingen zal per land dan ook verschillend zijn. Het is hierbij van belang om verder te kijken dan de optische overeenkomst van (verdwenen) dictators die moe(s)ten dealen met een ontevreden (jonge) bevolking. Een klein rondje 'langs de velden':
In Tunesië, waar de 'Arabische Lente' in feite begon, tekende zich min of meer een droomscenario af. Een dictator die relatief snel z'n biezen pakte, vrije verkiezingen in oktober 2011 en tot op heden relatieve rust. Het is te hopen dat de prille democratie meer vaste grond onder de voeten krijgt.
Egypte: als het fenomeen 'Arabische Lente' achterwege zou zijn gebleven zou het land vroeger of later het zoveelste voorbeeld van erfelijk presidentschap zijn geweest. Zover is het niet gekomen. Op 25 januari 2011 begon in 2011 het protest, resulterend in het aftreden van Hosni Mubarak op 11 februari 2011. Het blijft jammer dat Mohammed El-Baradei, voormalig hoofd van het Internationaal Atoomenergie Agentschap, niet zijn 'Boris Jeltsin-moment' heeft gekozen. In mijn optiek had hij tijdens het protest, of na de val van het Mubarak-regime, op een tank moeten gaan staan en zich de rol van interim-premier moeten toe-eigenen. Zodoende had hij een signaal naar het leger kunnen afgeven dat hij een (machts)factor was om rekening mee te houden. Hij deed het niet en is zelfs geen presidentskandidaat meer. Voorlopig heeft in Egypte het leger gewonnen.
In Libië kende het protest een langere weg. Hier manifesteerde zich duidelijk de eigenheid van Libie, als een verzameling van stammen die samen Libië vormen. Op 15 februari 2011 begonnen de protesten, met als gevolg een langdurige strijd waarbij Khadaffi op 20 oktober 2011 aan zijn einde kwam. Tot nu toe is Libië het enige land waar een internationale militaire interventie plaatsvond om de burgerbevolking te beschermen. Het is nu te hopen dat de rust definitief terugkeert en dat men het land weer gaat opbouwen. Libië heeft, met haar olierijkdom, het klimaat en maar zes miljoen inwoners, alles in zich om een tweede Koeweit te worden.
In Marokko, Algerije, Mauretanië, Jordanië, Libanon, Irak, Koeweit, Oman en Saoedi-Arabië hebben zich kleinschalige protesten voorgedaan of zijn grootschalige protesten beperkt geweest. De reactie op de protesten was in deze landen. In Jordanië werd de regering gewijzigd. In Marokko zijn toezeggingen voor verdere hervormingen gedaan. In Saoedi-Arabië werden economische en maatschappelijke hervormingen toegezegd. De vraag is of dit voor de langere termijn voldoende blijkt.
In Jemen duurt de onrust nog voort. Er zijn wel verkiezingen op komst. Ik hoop dat Tawakkul Karman, onderscheiden met de Nobelprijs voor de Vrede, een blijvende en positieve rol mag blijven vervullen!
Syrië blijft het toneel van grootschalige protesten waarbij het regime alles op alles zet om deze protesten keihard neer te slaan. Over hoeveel doden er inmiddels zijn gevallen verschillen de meningen. De waarnemers die de Arabische Liga naar Syrië heeft gezonden zorgen vooralsnog niet voor het juiste effect. Het sluwe regime van Assad kan zich vooralsnog nog steeds staande houden. Voor het verdere verloop van de ernstige ongeregeldheden zijn een paar opties mogelijk. De interne onrust of verdeeldheid kan leiden tot steeds meer overlopers met hun middelen, waardoor het regime dan toch ten val komt. Een paleiscoup mag ook niet worden uitgesloten. Een militaire interventie zoals in Libië zou op beperkte schaal ook mogelijk zijn. Tenslotte is de houding van Israël van groot belang als het regime-Assad of de opstandelingen de Golan-hoogte voor hun doeleinden willen gebruiken.
Tenslotte is het wachten op protesten, gericht tegen het Hamas-regime, in de Gaza-strook, met eveneens een jonge bevolking en een hoge werkloosheid. Voorlopig wordt daar de aanwezigheid van de 'gemeenschappelijke vijand' - Israël - door het Hamas-regime handig uitgespeeld.
Voor Syrië wordt 2012 het jaar van de waarheid, maar dat geldt ook voor de andere landen in de regio. Voor een eindoordeel over de 'Arabische Lente' is het nog veel te vroeg.
Reacties
Een reactie posten